1. Inleiding OVO Regeling (Overheid <> Verzekeraar <> Ondernemer)
De EU heeft de algemene RI&E-verplichting
op 12 juni 1989 opgenomen in een Europese richtlijn m.b.t. veiligheid en
gezondheid (89/391/EEG).
In 1990 werd de RI&E voor het eerst als instrument gebruikt. Sinds 1
januari 1994 is het opstellen van een Risico Inventarisatie & Evaluatie
(RI&E) een verplicht onderdeel van de Arbowet
(art.5). Deze verplichting geldt voor elke ondernemer
met personeel en dient als fundament van het arbobeleid. Met behulp van de
RI&E worden risico’s en het mogelijk effect vastgelegd zodat tijdig nodige
maatregelen kunnen worden getroffen.
2. Nu 2021
·
de ondernemer heeft arbeidsveiligheid
niet als prioriteit
·
de ondernemer ziet geen financieel
voordeel
·
de ondernemer kent de voordelen niet
·
de pakkans is klein, de handhaving is
onvoldoende, de boete is laag
·
de werknemers zijn niet op de hoogte
en daardoor niet betrokken
·
de veiligheidskundigen hebben slechts
een adviserende rol
In 2019 hadden 245.000 werknemers een ongeval tijdens het werk.Dit resulteerde in zo’n 114.000 arbeidsongevallen met een verzuim van 4 dagen of meer. Deze cijfers zijn voornamelijk gebaseerd op meldingen SEH.
Het werkelijk aantal incidenten met en zonder schade of bijna ongevallen (Nearmiss) is volgens de IJsberg theorie 10x hoger en komt neer op 1.140.000 voortvloeiend uit meer dan 114.000 onveilige handelingen.
De 114.000 gemelde ongevallen zijn in de TNO Arbobalans grafisch zichtbaar ingedeeld zoals, persoonskenmerken, bedrijfssector, beroepsgroep, ZZP of werknemer, onregelmatige diensten, oorzaak en gevolg e.d. Het is opmerkelijk dat in de TNO Arbobalans geen connectie weergeeft met de RI&E, deze wordt niet genoemd!
De RI&E is kenmerkend waar het
gaat om incidenten te reduceren. Bij elk incident is het van belang te weten of
het gevaar als risico was vastgelegd in een RI&E. Met geïnventariseerde
gegevens kan een RI&E worden opgesteld en/of geactualiseerd waarmee
toekomstige incidenten vermeden kunnen worden.
3. De kosten van werk gerelateerd verzuim, arbeidsongeschiktheid en zorg bedragen volgens de TNO Arbobalans 2020 bijna 6,1 miljard euro.
Werk gerelateerde verzuimgevallen en aandoeningen kunnen volgens de TNO Arbobalans leiden tot hoge kosten. Dat zijn de kosten van loondoorbetaling bij werk gerelateerd verzuim, werk gerelateerde kosten van arbeidsongeschiktheidsuitkeringen en kosten van (medische) zorg voor personen met een arbeid gerelateerde aandoening. Samen belopen deze kosten zo’n 6,1 miljard euro. Daarnaast veroorzaken werk gerelateerde gezondheidsproblemen ook nog andere kosten.
De kosten van NIET werkgerelateert verzuim zijn hoger, te weten 7,1 miljard euro. Het NLVI pleit daarom om meer aandacht te besteden aan bijvoorbeeld veilig werken in privétijd.
Werkgevers
kunnen te maken krijgen met kosten als gevolg van presenteïsme (ziek
doorwerken) en kosten voor het vervangen van personeel en verzuimbegeleiding.
Werknemers kunnen daarnaast geconfronteerd worden met kosten van medische
behandelingen die niet vergoed worden door de zorgverzekeraar of salarisverlies
na een of twee jaar verzuim. De geschatte bedragen zijn dan ook een
onderschatting van de werkelijke kosten.
Beroepsziekten zorgden in 2018 voor 10 miljoen verzuimdagen en 4.100 sterfgevallen, waarvan de meesten, ruim 2.600, overleden aan werkgerelateerde kanker.
4. Wie draagt de kosten?
Werknemers:
- Verlies
aan tijd en kwaliteit van leven door ziekte en uitval
- Kosten
van medische behandeling of aanpassingen die niet worden vergoed
- Salarisverlies
na één of twee jaar verzuim
Werkgevers:
- Loondoorbetaling
bij ziekteverzuim
- Presenteïsme:
Verlies productiviteit als een werknemer, ondanks ziekte, toch naar het werk
gaat
- Kosten
van verzuimbegeleiding, verzuimregistratie, arbodienstregeling, re-integratie .
- Kosten
van aanpassing van het werk inclusief voorziening op het werk
- Kosten
van vervanging of verschuiving van personeel
- Juridische
en administratieve kosten
Maatschappij:
- Kosten
van arbeidsongeschiktheidsuitkeringen
- Kosten
van medische behandeling en ondersteuning (zorg)
-
De aanpak tot op heden is niet succesvol gebleken. Dit omdat de belangen van betrokken partijen niet samen vallen.
- Overheid
SZW: Voorlichting, handhaving met boete als dreiging. Algemeen belang i.v.m. besteding belastinggeld.
- Verzekeraar:
Kent de te verzekeren risico’s niet of nauwelijks. Vergoed schade. Verder niet
actief (voorlichting / bonus)
- Ondernemer:
Ziet niet echt het belang, het zal mij niet overkomen. Kosten niet acceptabel en
baten niet duidelijk zichtbaar.
- Werknemer:
Wil werk behouden en niet zeuren over arbeidsveiligheid (ZZP, anderstaligen).
Bereid om risico’s te nemen (loyaliteit)
- Veiligheidskundigen
(i.c. AH, KAMco, Arboarts) hebben een niet beschermende dienstverlenende
functie. Willen werk houden en ‘klokkenluiden’ is riskant. Opleidingen
nauwelijks geënt op assertiviteit.
- Samenleving
wordt pas betrokken als het slachtoffer is, de kosten zijn nauwelijks bekend.
Om de ongevalscijfers omlaag te krijgen is het van primair belang dat:
- De
werkgever wordt beloond in plaats van gestraft
- De
werknemer meer betrokken wordt
- De
adviseurs assertiever worden
- De
overheid meer faciliteiten biedt
- De
handhaver meer voorlichter wordt
- De
verzekeraar premiekorting biedt
Het is overduidelijk dat een
financiële crisis als gevolg van de Corona pandemie aanstaande is. Dit betekend
dat veel ondernemers in hun bestaan bedreigd worden.
Zij die nog niet failliet zijn gegaan
krijgen het erg moeilijk om hun onderneming weer draaiende te krijgen. Tijdens
herstel is de kostenfactor van belang en het verleden leert ons dat er tijdens
een financiële crisis zeker bezuinigd zal worden op de kosten van
arbeidsveiligheid. Een reden te meer om de ondernemer, die arbeidsveiligheid op
peil wil houden, te steunen.
Door de vele affaires in onze
gemeenschap is het vertrouwen in de overheid dalende. Een inspectie SZW met
handhavers en boetes was al niet populair en zal het zeer zeker moeilijk
krijgen omdat steeds meer ondernemers het aantal wetten en regels onredelijk en
niet haalbaar vinden. (KLM syndroom)
Een win-win situatie op arbeidsveiligheid zal menig ondernemer behoeden tegen ongewenste incidenten / ongevallen.
- Minder kosten voor alle betrokken
partijen
- Financieel voordeel werkgever
- Overheidskosten lager
- Minder persoonlijk letsel
- Minder schade uitkeringen
De OVO-Regeling gaat uit van een softwarematige RI&E module die;
- beschikbaar wordt gesteld door de overheid
- bij gebruik, registratie en toetsing korting geeft op verzekeringspremie (bonus-malus)
De toegepaste RI&E softwaremodule is:
- Eenvoudig en transparant
- De gebruiker begrijpt waar het over gaat
- Het gaat over gevaren met echte risico’s
- Oplossend plan van aanpak met melding
- Overzichtelijk dashboard met voortgangoverzicht
- Betrokkenheid van uitvoerenden
·
Werkplekinspectie applicatie
·
Incidentenmelding > ook Nearmiss
·
LMRA applicatie met uitvoeringsmelding
·
Werkvergunningen
· E-learning module
9 + 10. OVO Regeling. Complete informatie en praktische uitvoering op aanvraag
11. Voordelen algemeen
- Minder kosten voor de ondernemer
- Vriendelijker overheidsbeleid
- Minder overheidspersoneel nodig
- Minder schade uitkeringen
- Lagere kosten voor de samenleving
· 12. Voordelen ondernemer
- 1 ernstig ongeval in de 5 jaar wordt
voorkomen
- Enkele keren productie stilstand wordt
voorkomen
- Verzuim met 0,5% daalt
- Productiviteit met 0,5% stijgt
- Vertrek van 1 goede werknemer wordt
voorkomen
- Imago van de ondernemer wordt
verbeterd
13. Aanvullingen
Incidentenmelding
Melden van incidenten met en zonder
schade (de Nearmiss), Koppeling aan de RI&E module waardoor acties mogelijk
zijn. De RI&E wordt hiermee tevens geactualiseerd blijft.
Werkplekinspectie
Vanuit de RI&E module worden
werkplekinspecties via een applicatie geactiveerd. Terugkoppeling aan de
RI&E module waardoor deze 24/7 actueel blijft en acties worden opgestart.
E-learning
Vanuit de RI&E module wordt
periodieke scholing en training zichtbaar. De e-learning module verwerkt deze
met terugkoppeling.
Auteur:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten